Maak een fijne vogeltuin met deze 5 diervriendelijke tips

Mijn oma was dol op vogeltjes in de tuin. En inmiddels merk ik zelf hoe enthousiast ik word wanneer ik bijzondere exemplaren zie, zoals de ijsvogel of vlaamse gaai. Mijn favoriet is het roodborstje trouwens, maar die laat zich niet elke winter zien. Hoe je de tuin vriendelijk kan maken voor vogeltjes? In dit artikel vind je alle tips die je nodig hebt voor een fijne vogeltuin.

Zo maak je een fijne vogeltuin

Heb je het weleens gemerkt? De ogen van kinderen gaan glimmen als ze een vogeltje in hun eigen tuin zien. Dus doe je kinderen, jezelf én de vogels een plezier en maak van je tuin een vogelparadijsje.

Ingewikkeld? Welnee!

Klinkt het ingewikkeld om van je tuin een fijn plekje voor de vogeltjes te maken? Dat valt reuze mee. Sterker nog, een vogeltuin maken én onderhouden is veel simpeler dan je denkt. Vogels zijn niet anders dan mensen. Ze willen een plekje om te broeden, een plekje om te schuilen en een hapje te eten.

Doe de postcodevogelcheck

Ontdek allereerst welke vogels er bij jou in de buurt leven. Ga naar www.mijnvogeltuin.nl van Vogelbescherming en vul je postcode in. Door jarenlang onderzoek, onder andere met de Nationale Tuinvogeltelling, weten zij precies welke vogels waar leven. Zo weet je of de roodborst, pimpelmees, grote bonte specht of misschien wel een bosuil bij jou in de buurt rondzwerven! Vul je emailadres in en je krijgt persoonlijke tips, voor jou op maat gemaakt, om de vogels uit jouw buurt naar de tuin te lokken. Zo simpel kan het zijn.

Nu al aan de slag? Dit moet je doen!

Kun je niet wachten en wil je nu al aan de slag? Dan lichten we een tipje van de sluier op.

Voer!

Voeren mag het hele jaar door, maar zodra het kouder wordt hebben vogels het ook echt nodig. Start dus met voeren zodra het in de nacht rond het vriespunt komt. In een koude nacht verliest een klein vogeltje namelijk maar liefst 10% van zijn gewicht, gigantisch veel.

Op vogelpindakaas zijn alle vogels dol, maar vooral spechten vliegen graag een blokje om voor een hapje pindakaas. Het ziet er ook geweldig uit, kleine meesjes kruipen zelfs in de pot om het laatste restje op te smullen.

Het roodborstje en winterkoninkje scharrelen liever hun kostje op de grond bij elkaar. Strooi wat zaden en gedroogde meelwormen voor ze op grond en bij de struiken. Zo kunnen ze snel schuilen als er gevaar dreigt, de kat van de buren bijvoorbeeld.

Kool- en pimpelmezen hangen ook graag aan een vetbol, het zijn soms net acrobaten. Vetbollen zijn heel eenvoudig zelf te maken.

Zo maak je zelf een vetbol

Gebruik ongeveer één deel frituurvet op één deel zadenmengsel, het luistert niet heel nauw. Het frituurvet moet ongebruikt en ongezouten zijn.

  1. Smelt frituurvet in een pan. Wacht tot het warm is, maar niet heet.
  2. Voeg daar al roerend het zadenmengsel aan toe en laat dit mengsel een beetje afkoelen.
  3. Giet de warme brij in een vorm, bijvoorbeeld een blikje, een melkkarton, een oud kopje, of een halve kokosnoot.
  4. Leg daarin, voordat de brij stolt, een stevige katoenen draad die ruim uitsteekt.
  5. Zodra de massa hard is geworden, kan het vet met zadenmengsel buiten aan de draad worden opgehangen.
  6. Soms is de vetbol moeilijk uit de vorm los te krijgen. Een melkkarton kan rondom worden afgescheurd. Dompel desnoods even in heet water; de vetbol komt dan gemakkelijk los. Je kunt het afgekoelde vet (met zaden) ook in stukjes snijden en op een voederplank leggen. Op deze manier kunnen ook de vogels die normaal gesproken niet op een vetbol zitten ervan eten.

Maak het groen

Hoe groener een tuin, hoe meer dieren er op af komen. Niet alleen vogels, maar ook egels en vlinders weten je tuin moeiteloos te vinden als het groen is. Heel simpel kun je zeggen: tegels eruit, groen er in. Kost dat veel tijd? Nee hoor. Juist een bestraatte tuin is veel werk. Het schoon houden van de tegels met de hogedrukspuit en het onkruid tussen de tegels uitpeuteren is elke zomer weer een vervelend klusje. Een grasveld en wat struiken zijn heel wat simpeler. Weet je niet wat je moet planten? Kies dan voor bessenstruiken en fruitboompjes. Zo hebben de kinderen ook wat te snoepen in de tuin.

Wees niet te netjes

Zo simpel kan het zijn. Laat in de tuin iets meer de boel de boel. Snoei in de herfst niet de planten, maar laat de uitgebloeide bloemen lekker zitten. Er zitten nog zaadjes in die vogels eten. En laat afgevallen bladeren lekker liggen. Vind je dat toch te rommelig? Veeg ze op een hoop in een hoek van de tuin en maak zo een rommelhoekje. Het is een heerlijke plekje om te schuilen, niet alleen voor vogels.

Een eigen huis

Een plek onder de zon willen we allemaal, ook de vogels. Hang een nestkastje op een rustige plek, waar ze makkelijk in en uit kunnen vliegen. Het kastje moet ook niet in de volle zon hangen. Als je in de herfst een huisje ophangt, gebruiken vogels ‘m als schuilplaats in de winter. Er zijn weleens 12 boomklevertjes samen in één nestkastje gevonden. Dicht op elkaar gekropen blijven ze lekker warm.

Dus waar wacht je nog op? Maak jezelf blij met vogels dichterbij. Kijk op www.mijnvogeltuin.nl voor alle tips en tricks om je tuin in een handomdraai groen te maken.

Hebben jullie een fijne vogeltuin?

Dit artikel is geschreven door de Vogelbescherming en is een onbetaalde samenwerking. Uitgelichte afbeelding is intellectueel eigendom van Martin Hierck/Vogelbescherming Nederland

Ingezonden verhalen

Deze lezeres heeft haar persoonlijke verhaal (anoniem) met ons gedeeld. Wil jij ook graag een gastartikel aanleveren of iets delen? Lees in de Over Ons meer over hoe dit precies werkt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Terug naar boven